• Home

3. Onderhoud kapitaalgoederen

Algemeen

Inleiding

De belangrijkste kapitaalgoederen van de gemeente bestaan uit wegen, riolering, water, groen en gebouwen. Al deze kapitaalgoederen vergen onderhoud en worden geëxploiteerd. Deze paragraaf biedt inzicht in de beleidskaders voor de instandhouding van de kapitaalgoederen.

Algemene beleidskaders

Het beheer van de openbare ruimte is gericht op een minimaal acceptabele verzorging van gemeentelijke eigendommen en risicogestuurd beheer.

Groot onderhoud gebeurt als er sprake is van een wettelijke verplichting, er bestuurlijke nalatigheid dreigt, de veiligheid naar algemene maatschappelijke maatstaven niet meer gewaarborgd is, als er exploitatietekorten of kapitaalverlies dreigt, of wanneer bij de uitvoering samengewerkt kan worden met andere partijen of projecten.

Wij hebben in de notitie IBOR Assen (2010) de beeldkwaliteitsniveaus vastgesteld voor de verzorging van de Openbare Ruimte (IBOR). In 2016 is het niveau vanwege de bezuinigingen verlaagd.

3kapi1

(hierin is A het hoogste en D het laagste onderhoudsniveau)

Financiële Kaders

De kosten van de instandhouding bestaan onder andere uit kosten voor onderhoud, kapitaallasten, beheer en exploitatielasten. De flexibiliteit in de onderhoudsbudgetten is beperkt omdat onderhoud vroeg of laat altijd moet worden uitgevoerd om kapitaalverlies te voorkomen. Bovendien leidt achterstallig onderhoud over het algemeen tot meer kosten dan wanneer het onderhoud tijdig wordt gepleegd.

De hoogte van de budgetten is mede afhankelijk van de gekozen beeldkwaliteit. Hiervoor hebben wij diverse beheervisies opgesteld waarin beleidsdoelstellingen voor de diverse kapitaalgoederen zijn vastgesteld. In het vervolg van dit hoofdstuk is per soort kapitaalgoed op hoofdlijnen een relatie met de relevante beleidskaders gelegd.

 

Rioolbeheer en waterzuivering

Beleid

In het Gemeentelijk Water- en Rioleringsplan Assen (GWRP 2013-2018) hebben wij de gezamenlijke visie en ambities van de gemeente en de waterschappen op het gebied van water in relatie tot ruimtelijke ordening vastgelegd.

Om een goed inzicht, afstemming met andere belangen en prioritering te krijgen is een voortschrijdende planning nodig. Daarbij kijken wij steeds vier jaar vooruit met een doorkijk naar de werkvoorraad daarna (vijf tot zes jaar). Wij maken een integrale afweging voor de prioritering van de projecten die voortkomen uit einde van de levensduur en slijtage van de inrichting, maatschappelijke vragen en bijvoorbeeld functiewijzigingen. De planningen worden afgestemd op de FlorijnAs en wensprogramma’s van Gebiedsgericht Werken (GGW).

Financiën

De uitgaven met betrekking tot de riolering worden gedekt door inkomsten uit de rioolheffing. De kosten van vervanging van rioleringen zijn geactiveerd. Daarnaast is een onderhoudsvoorziening beschikbaar. De geraamde stand van de voorziening was eind 2017 € 9,3 miljoen en is op een voldoende niveau.

Afwijkingen en risico’s

In het rioolbeheer zijn geen afwijkingen in kwaliteitsniveau, financiën en/of risico’s door achterstallig onderhoud en dergelijke geconstateerd. Dit geldt ook voor de gemeentelijke waterwegen. Riolen zijn op middellange termijn aan vervanging toe. Hiertoe is inmiddels een begin gemaakt met de actualisatie van het GWRP.

 

Groenbeheer

Beleid

De Groenstructuurvisie en Het Groene Frame zijn toetsingskaders voor de ontwikkeling van ruimtelijke plannen en de basis voor het ontwikkelen van groenplannen. Ook is de Groenstructuurvisie onze kapstok voor het opstellen van de Groenbeheervisie. Deze geeft algemene kaders voor het beheer van het openbaar groen en richtlijnen voor het dagelijks onderhoud. Verder staan hierin de uitgangspunten voor het opstellen van gebiedsgerichte beheerplannen. De kwaliteitsniveaus voor het beheer zijn vastgesteld.

Ons Stedelijk speelbeleidskader geeft de kaders en ambities voor het buitenspelen in Assen voor de lange termijn. Wij hebben in 2015 in het kader van de bezuinigingen het beleid rond de vervanging van speeltoestellen gewijzigd. Bij einde levensduur wordt het speeltoestel weggehaald en niet vervangen.

Met inzet van medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt houden we het onderhoudsniveau van ons groen op peil. Burgers en instellingen kunnen zelf zorgen voor een ‘plus’ op het onderhoudsniveau van het groen in hun omgeving. Deze uitgangspunten voor de verzorging en de verzorgingsniveaus van de openbare ruimte zijn in de Agenda BOR vastgelegd.

Financiën

Het huidige budget is toereikend voor regulier beheer op basis van de afgesproken kwaliteitsniveaus. Binnen de beheerbudgetten is met ingang van 2018 tevens ruimte voor het renoveren of vervangen van verouderd groen. Wanneer er uitbreidingen van areaal plaatsvinden zullen, zoals afgesproken in de Agenda BOR, de beheerbudgetten vooraf geregeld worden.

Afwijkingen en risico’s

De uitwerking van de bezuinigingstaakstellingen heeft tot gevolg dat de verzorgingskwaliteit en technische kwaliteit van de openbare ruimte dalen. Daarnaast zijn riolen, wegen en groen op middellange termijn aan vervanging toe. Het was eind 2017 nog niet duidelijk of het budget voor groenrenovaties toereikend zal zijn om alle vervangingen die nodig zijn te kunnen uitvoeren.

 

Begraven

Beleid

Onze doelen zijn het zorgen voor kwalitatief goed begraven op korte en lange termijn, het waarborgen van de begraafcapaciteit, het bieden van kwalitatief goede begraafplaatsen waar kostendekkend wordt begraven en het op peil houden van de bijdrage die de begraafplaatsen leveren aan de groene kwaliteit van Assen. Het begraven moet voldoen aan de Wet op de Lijkbezorging. Het groenbeheer en het padenonderhoud op de begraafplaatsen voldoet aan de afgesproken IBOR-kwaliteitsniveaus.

Afwijkingen en risico’s

Geen afwijkingen

 

Wegbeheer

Beleid

Uitvoering van het planmatig dagelijks onderhoud vindt plaats op basis van beeldkwaliteitsniveaus en is met name gericht op het behoud van de verkeersveiligheid, duurzaamheid, comfort en aanzien.

Het groot en constructief onderhoud vindt plaats aan de hand van structureel uitgevoerde technische inspecties, metingen, en visuele weginspecties. Het onderhoud is gebaseerd op risicogestuurd beheer, op het behoud van de verkeersveiligheid en op duurzaamheid (het voorkomen van kapitaalvernietiging).

Bij de planning kijken wij financieel vijf jaar vooruit met een doorzicht naar de werkvoorraad daarna. Dit is conform de beleidslijn van de Agenda BOR. De planning van wegbeheer wordt voortdurend afgestemd op het vervangingsprogramma van de riolering en op de ontwikkel projecten en op de projecten vanuit gebiedsgericht werken.

Wij maken een integrale afweging van de prioritering van de projecten die voortkomen uit einde levensduur en slijtage van de inrichting, maatschappelijke vragen en functiewijzigingen. De planningen zijn afgestemd op de FlorijnAs projecten en Gebiedsgericht Werken (GGW).

Financiën

De Nota wegbeheer en de Agenda BOR geven inzicht in de werkwijze en financiering van het dagelijks en groot onderhoud van de verhardingen. De financiering van herinrichtingsprojecten door einde levensduur worden met ingang van 2017 niet meer direct ten laste van de reserve gebracht. De daarvoor beschikbare middelen zijn met ingang van 2017 (conform BBV-wijziging) opgenomen in de investeringsstaat.

Afwijkingen en risico’s

Een integrale planning, afweging van projecten, de toepassing van risicogestuurd beheer en het wegvallen van subsidies, kunnen leiden tot een verhoogd veiligheidsrisico voor weggebruikers en beperking van de bereikbaarheid. Om de veiligheid van de weggebruiker en de functie van de weg te kunnen waarborgen, zullen maatregelen genomen moeten worden. Hierdoor neemt de druk op de middelen voor het dagelijks beheer toe. Door te werken aan het verbeteren van de efficiency willen we meer realiseren met beperkte middelen.

 

Overige Infrastructuur

Beleid

Het onderhoud is met name gericht op het behoud van de verkeersveiligheid, duurzaamheid, comfort en aanzien. Het groot en technisch onderhoud vindt plaats aan de hand van technische metingen, visuele weginspecties en is gebaseerd op risicogestuurd beheer, op het behoud van de verkeersveiligheid en duurzaamheid (voorkomen kapitaalvernietiging).

Om een goed inzicht, afstemming met andere belangen en prioritering te krijgen is een voortschrijdende planning nodig. Daarbij kijken wij steeds vijf jaar (financieel) vooruit, met een doorkijk naar de werkvoorraad daarna (vijf tot zes jaar). Wij maken een integrale afweging voor de prioritering van de projecten die voortkomen uit einde van de levensduur en slijtage van de inrichting, maatschappelijke vragen en functiewijzigingen. De planningen zijn afgestemd op de FlorijnAs en de wensprogramma’s van Gebiedsgericht Werken (GGW), zoals beschreven is in de Agenda BOR.

Financiën

De beheerplannen geven inzicht in de werkwijze en financiering van het dagelijks onderhoud van de overige infrastructuur. In de productbegroting van overige infrastructuur zijn de vervangingsinvesteringen vanwege einde levensduur opgenomen. De stand van de voorzieningen voor groot onderhoud en vervanging van onder andere kunstwerken en verkeersregelingen is geactualiseerd en daarmee voor de komende jaren op niveau. Wij kiezen voor grootschalige vervanging van openbare verlichting. Hiervoor is budget beschikbaar gesteld.

De geraamde stand van de voorziening voor kunstwerken is eind 2017 € 2,8 miljoen en is hiermee toereikend.

Afwijkingen en risico’s

Door het beperkte budget als gevolg van de bezuinigingen, en de toename van het areaal, moet groot onderhoud worden heroverwogen en/of uitgesteld. Als beheerder moeten we wel maatregelen nemen om de openbare ruimte veilig te houden. Hierdoor neemt de druk op de middelen voor het dagelijks beheer toe. Dit kan betekenen dat sommige werkzaamheden of vervangingsprojecten pas in een later stadium kunnen worden uitgevoerd. Tegelijkertijd werken we aan het verbeteren van de efficiency zodat we meer realiseren met de beperkte middelen. Hetgeen in lijn is met de Agenda BOR.

 

Maatschappelijk vastgoed

Beleid

Bij de inzet van gemeentelijke gebouwen voor beleidsdoelen kijkt de gemeentelijke organisatie kritisch naar effectiviteit en efficiëntie. Een betere bezetting van gebouwen door bijvoorbeeld multifunctioneel gebruik kan als gevolg hiervan leiden tot een kleinere vastgoedportefeuille.

Financiën

In 2017 heeft een nieuwe inspectie van het vastgoed plaatsgevonden. Hierbij is de staat van de gebouwen opnieuw tegen het licht gehouden en is het meerjarenonderhoudsplan geactualiseerd voor de periode vanaf 2018 en opgenomen in de begroting van 2018. In de meerjaren onderhoudsplanning zijn de bedragen geïndexeerd en zijn aan de hand van de nieuwe inspecties de vervangingstermijnen van de diverse gebouwen herzien.

Geconcludeerd kan worden dat de bijdrage aan de onderhoudsvoorziening is verhoogd ten opzichte van 2017.

Onderhoudsvoorzieningen

Op basis van meerjarige onderhoudsprogramma’s begroten wij per gebouw de onderhoudswerkzaamheden. Deze onderhoudsprogramma’s worden regelmatig geactualiseerd. Om fluctuaties in de uitgaven te kunnen opvangen werken wij met onderhoudsvoorzieningen per thema.

De huidige stand van de voorzieningen is voldoende om de onderhoudsprogramma’s te kunnen bekostigen. Voor 2017 is niet al het begrote cyclisch onderhoud noodzakelijk gebleken. De niet uitgevoerde werkzaamheden worden doorgeschoven en meegenomen in de herziening van het meerjarenonderhoudsplan, dat voor de begroting van 2019 wordt opgesteld.

De onderhoudsvoorziening wordt aangevuld conform de begroting en daarom zijn er voldoende middelen beschikbaar om de uitgestelde onderhoudskosten te realiseren.

Budgetten onderhoud kapitaalgoederen

3kapi2